Kunstenaar en bioloog herman de vries schrijft zijn naam zonder hoofdletters omdat hij meent dat er geen hiërarchie tussen dingen bestaat. Daarom gaat hij er ook vanuit dat kunst niets kan betekenen voor de natuur, maar dat natuur kunst in zichzelf is. de vries: ‘Mijn tuinen sluiten aan bij de al aanwezige tuinen. Het zijn kleine botanische verzamelingen waarin je kan vergelijken én verschillen en overeenkomsten kan waarnemen. Het gaat om de zintuiglijkheid, vooral om het ervaren van geuren en de poëzie die daar van uitgaat.’
De drie tuinen van de vries
Wintertuin
Door de beplanting met struiken die veelal in de tweede helft van de winter bloeien, zoals de vele hamamelissen (toverhazelaars), is deze tuin juist in de winter op z’n mooist.
Seringentuin
Bijna alle botanische seringen zijn hier vertegenwoordigd. De struiken zijn voornamelijk uitgekozen op geur.
Vlindertuin
Tuin met buddleja’s (vlinderstruiken) die op verschillende tijden bloeien. Voor de vlinderrupsen zijn er een brandnetelveldje en een vuilboom.
De tuinen liggen naast elkaar, aan het Broenshof in Diepenheim.
Lees meer op de website van Kunstvereniging Diepenheim
De Waterlelies
Nanna, of het zieleleven der planten (1848) van de Duitse natuurwetenschapper en filosoof Gustav Theodor Fechner (1801-1887) is de inspiratiebron van kunstenaar herman de vries (geb. 1931) voor deze vijver met witte waterlelies in de gracht van de voormalige havezate Peckedam. In Nanna vertelt Fechner hoe hij, na een periode van oogklachten, een bloeiende waterlelie ervaart. Met grote verwondering kijkt hij naar de bouw en het leven van de plant. Hij verlangt naar nieuwe ogen om de natuur als een altijd nieuwe waarheid te ervaren.
Kunstenaar herman de vries herkent hierin zijn eigen standpunt over kunst en natuur. de vries gaat ervan uit dat natuur kunst is; de taak van de kunstenaar is dit zichtbaar te maken.
De hommage van de vries aan Fechner is een uitnodiging aan het publiek om het water en de waterlelies van dichtbij te ervaren en over natuur en kunst na te denken.